Op 11 oktober organiseert LTO-Noord in het Vechtdal een rondleiding op twee locaties waar agrarische ondernemers maatregelen treffen op het gebied van waterbeheersing.
In Zuidwolde demonstreert een veehouder hoe hij het waterpeil reguleert op zijn percelen. In Stegeren bekijken we robuuste watersystemen van regelbare stuwen en drainage. De rondleiding vindt plaats in de vorm van een busrit, de ‘Waterkaravaan’. Deze excursie wordt georganiseerd door LTO Noord vanuit het project ‘Regio Deal Zwolle’ en wordt mede mogelijk gemaakt door het ‘Deltaplan Agrarisch Waterbeheer’.
Hier vindt u het programma en de link om aan te melden.
Eind juli heeft de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) de simulatietool voor de eco-regeling online beschikbaar gemaakt voor alle boeren in Nederland. Deze eco-regeling is een nieuw instrument dat onderdeel is van het nieuwe GLB-NSP dat per januari 2023 in werking treedt. Zie deze website van RVO voor de tool.
Deze simulatietool geeft echter een vertekend (te positief) beeld. In deze tool ontbreken namelijk 2 essentiële onderdelen van de eco-regeling die van doorslaggevend belang zijn bij het bepalen van je score, namelijk:
(1) de regionale differentiatie: de waarde die je kunt scoren met een eco-activiteit verschilt al naar gelang of je in regio 1 (zand) zit of in regio 2 (klei/overig). In de online tool wordt alléén gerekend met de waarden van regio 2. Voor een groot deel van onze leden is dit onjuist.
(2) de link met GLMC8 (de verplichting om 4% van je bouwland niet-productief in te zetten): als je niet-productief areaal opgeeft in de eco-regeling en datzelfde areaal óók wilt inzetten om te voldoen aan GLMC8, dan wordt de waarde van die eco-activiteit(en) in de eco-regeling niet meegeteld. In deze versie van de tool wordt die waarde echter wél meegerekend, omdat de link met GLMC8 uit deze tool gehaald is.
Als gevolg hiervan geeft deze simulatietool een vertekend – te positief – beeld qua behaalde waarde (in €), en dus ook van de (potentieel) te behalen eco-premie. De behaalde waarde komt in deze versie van de tool hoger uit dan hij in werkelijkheid is, en dat geldt met name voor bedrijven op zand. Bedrijven op zand moeten namelijk – vanwege het 7e Actieprogramma Nitraat – aan méér eisen voldoen. Daarom scoort eco-activiteit ‘groenbedekking’ €0 als je in regio 1 (zand) zit, terwijl dezelfde eco-activiteit in regio 2 (klei/overig) €440 scoort. Aangezien de tool alleen de waarden van regio 2 meetelt, is de tool voor bedrijven op zand per definitie niet kloppend.
Verschil in bruikbaarheid simulatietool tussen veehouders en akkerbouwers
In algemene zin is deze uitgeklede versie van de simulatietool accurater voor veehouders dan voor akkerbouwers, omdat er meer regionaal verschil zit tussen de waarden van de verschillende akkerbouwgerelateerde eco-activiteiten dan tussen de veehouderijgerelateerde activiteiten. Dat geldt des te meer voor veehouderijen die vrijgesteld zijn van GLMC8: namelijk bedrijven met met meer dan 75% gras (en/of kruidachtige/vlinderbloemige gewassen en/of braak).
Verder gaat deze uitgeklede versie van de simulatietool dus uit van de waarden die gelden voor de regio ‘klei/overig’, waaronder veen. Dus voor veehouderijen op veen/klei met meer dan 75% gras (en/of etc.) is hij het meest accuraat. Voor veehouderijen met minder dan 75% gras (en/of etc) geldt dat zij – op hun areaal bouwland – moeten voldoen aan GLMC8 en dat maakt deze versie van de tool weer wat minder bruikbaar.
Sloten als niet-productief areaal
Overigens: als een bedrijf voldoende sloten in beheer of eigendom heeft om te kunnen voldoen aan de eis van 4% niet-productief, dan speelt die link met GLMC8 in de tool een veel minder doorslaggevende rol in de score qua waarde. Desalniettemin kan de ontbrekende regionale differentiatie bij bedrijven op zand dan nog steeds een substantiële afwijking veroorzaken qua gerealiseerde waarde.
Expertisecentrum Europa organiseert samen met het ministerie van LNV en RVO een digitale informatieavond over het nieuwe GLB.
Klik hier om de uitnodiging voor de digitale bijeenkomst te openen.
In de uitnodiging is een link opgenomen waar u zich kunt aanmelden.
Het agrarisch natuurbeheer in Overijssel wordt georganiseerd door drie agrarische Collectieven. De boeren die aan agrarisch natuurbeheer doen, zijn verenigd in deze Collectieven. Deze boeren voeren niet alleen weidevogelbeheer uit, ze zorgen er samen met de Collectieven ook voor dat het leefgebied van de weidevogels verbetert. Dit betekent bijvoorbeeld dat er natte gebieden worden gecreëerd in de vorm van plasdras en hoogwaterpeil en dat kruidenrijk grasland wordt ontwikkeld.
Vernatting is voor het leefgebied van weidevogels van het grootste belang: de zachte bodem zorgt ervoor dat het voedsel, zoals regenwormen, voor de weidevogels beter bereikbaar is. De natte bodem zorgt daarnaast voor een open vegetatie, waarin de kuikens zich makkelijk kunnen verplaatsen om naar voedsel te zoeken. Om deze vernatting mogelijk te maken, worden voor weidevogelbeheer onder andere plasdrassen gerealiseerd. Bij een plasdras wordt plaatselijk water op het land gepompt.
In Overijssel is subsidie verkregen voor de aanleg van bijna 100 nieuwe plasdrassen, waarvan vele inmiddels zijn gerealiseerd. In bepaalde gevallen betekent dit dat er inrichtingsmaatregelen plaatsvinden, bijvoorbeeld door oevers af te schuinen of de toplaag te frezen. Daarnaast hoort bij elke plasdras een pomp (in nagenoeg alle gevallen met zonnepanelen), die ervoor zorgt dat het water in de plasdras gepompt wordt. De plasdrassen zijn aangelegd in negentien weidevogelgebieden verspreid over de provincie.
In enkele van deze gebieden is hoogwaterpeil gerealiseerd, wat betekent dat het peil in de sloten hoger is dan het omringende waterpeil. Om de vernatting zo optimaal mogelijk te maken zijn hiervoor waar nodig oevers afgeschuind en greppels gefreesd. Hoogwaterpeil omvat vaak meerdere percelen, waardoor er op enkele locaties met buizenstelsels en stuwen gewerkt wordt.
Niet alleen vernatting is van belang, ook kruidenrijk grasland zorgt voor voedsel voor de weidevogelkuikens, doordat de kruiden insecten aantrekken. Binnen deze projecten zijn verschillende percelen ingezaaid met zaaimengsels voor kruidenrijk grasland. De gebruikte zaaimengsels zijn speciaal voor weidevogelkuikens ontwikkeld, met soorten kruiden die een open en insectenrijke vegetatie bieden.
Om te voorkomen dat vossen bij de weidevogelnesten kunnen komen, zijn er vele kilometers raster aangeschaft, waarmee bijvoorbeeld plasdrassen of andere percelen met veel broedende weidevogels uitgerasterd kunnen worden. Ook worden speciale rasters toegepast om afzonderlijke nesten uit te rasteren. Dit wordt vooral bij wulpen ingezet en verhoogt het uitkomstsucces van de nesten. Tot slot zijn er zeven weidevogeldrones aangeschaft, waarmee nesten en kuikens opgespoord kunnen worden om ze zo nog beter te kunnen beschermen.
Bij dit project is sprake van steun vanuit ELFPO:
BROCHURE ‘WEIDEMAATREGELEN VOOR (FUNCTIONELE AGRO-)BIODIVERSITEIT’
In het project Winst & Weidevogels is samen met collectieven en melkveehouders gewerkt aan meer biodiversiteit en het behoud van weidevogels. In deze brochure is de kennis, ervaring en onderzoek zoveel mogelijk gebundeld. Het levert aanbevelingen voor de praktijk. Download hier de brochure.
Per 2023 verandert er van alles. Dan start het nieuwe Gemeenschappelijke Landbouw Beleid (GLB), met termen als conditionaliteit en een eco-activiteiten. Ook het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) begint dan aan een nieuwe beheerperiode van 6 jaar. En dan is de overheid ook nog bezig met een 7e Actieplan Nitraat. Al die zaken hebben invloed op elkaar én wellicht op de mogelijkheden en uw wensen voor een nieuw beheercontract in 2023.
Helaas is ook voor ons nog lang niet alles duidelijk, maar willen uw vragen zo goed mogelijk beantwoorden. Wij willen u blijven informeren over de toekomst en organiseren de komende drie maanden eens per maand een digitaal overleg. Yvette Ruesen praat u bij en er is uiteraard gelegenheid om vragen te stellen.
U bent van harte welkom om dinsdag 17 mei aanstaande om 20.00 uur in te loggen via deze link.
Heeft u specifieke vragen? Die kunt u vooraf al doorgeven via info@collectiefmiddenoverijssel.nl
Het is belangrijk dat u vóór 1 mei uw perceelsregistratie in ‘Mijn Dossier’ van RVO.nl controleert en eventueel aanpast. Daarbij gaat om de volgende zaken:
- Ligt er een bedrijfsperceel onder uw ANLb-beheer?
- Heeft u de juiste gewascode ingevoerd voor uw bedrijfsperceel?
Financiële korting voorkomen
Bij dergelijke afwijkingen ontvangt CMO een financiële korting van RVO.nl. In het ergste geval kan dit leiden tot een dusdanig hoge korting dat CMO de beheervergoeding niet volledig kan uitbetalen. Door als deelnemer ANLb de perceelsregistratie zo goed mogelijk uit te voeren, helpt u kortingen voorkomen.
Aanpassing voor 1 mei 2022
Als agrariër zult u voor het indienen van de Gecombineerde Opgave uw percelen controleren. We vragen al onze deelnemers, dus ook voor particulieren, om de ANLb-percelen vóór 1 mei 2022 te checken. Dat is 14 dagen voor de sluitingsdatum van de Gecombineerde Opgave. Bij problemen heeft zowel u als CMO dan nog tijd om in overleg met elkaar zaken aan te passen.
Zo controleert u de ANLb-perceelsregistratie
- Bedrijfsperceel
Controleer in ‘Mijn dossier’ van RVO.nl of er een bedrijfsperceel ligt onder alle beheereenheden uit uw ANLb-contract. Is dit niet het geval? U kunt de door het collectief ingetekende ANLb-percelen eenvoudig overnemen in uw eigen perceelsregistratie. Via deze link leest u hoe u dit kunt doen. - Gewascode
Voeg de juiste gewascode toe aan elk bedrijfsperceel waar ANLb op ligt. Via deze link vindt u een advies welke gewascode u het best kunt gebruiken voor uw beheerpercelen.
Foutmelding AAN-laag / BGT
Tot slot kan het zijn dat er op uw percelen ook nog een foutmelding ligt dat het ANLb niet geheel binnen de AAN-laag (Agrarisch Areaal Nederland) of de BGT (Basisregistratie Grootschalige Topografie). Oppervlaktes met deze foutmelding kunnen niet door ons worden uitbetaald. Als dit voor relatief grote oppervlaktes geldt, nemen wij persoonlijk contact met u op. U kunt ook zelf vast controleren hoe de huidige situatie bij u is. Via deze link leest u hoe.
Ondersteuning door het collectief
Komt u er niet uit? Dan helpen wij u graag. U kunt daarvoor contact opnemen met uw veldmedewerker Leonard Rouhof of Paul ten Velde. U vindt de contactgegevens op onze website.
Voordat u contact opneemt, vragen we u twee dingen ter voorbereiding:
- Probeer het eerst zelf via bijgevoegde bijlage(n).
Zorg dat u ons als collectief gemachtigd heeft om uw bedrijfspercelen in te zien: zonder machtiging kunnen we niet met u meekijken om eventuele problemen op te lossen. Dit is een link naar een handleiding hoe u dit kunt doen.
Dinsdag 9 maart 2022 is het 1e kievitsei van Nederland gevonden in Overijssel.
Hengevelde heeft dit jaar de primeur.
Hier kunt het het artikel van RTV Oost terug lezen.
ANV De Ommer Marke organiseert vrijdag en interessante bijeenkomst die wij u niet willen onthouden. Hier lees u alles over het hoe en waarom onderwerken van de groenbemester en hoe u zich kunt opgeven.
15 februari is de datum dat de plasdrassen, volgens de pakketvoorwaarden, weer onder water moeten staan. In Vroomshoop heeft de eerste kritische soort zich gemeld. Lees hier het artikel van een van onze deelnemers.
Plasdras van boerin Mariska op tijd klaar voor weidevogels: “ik hoorde al een wulp!”
Het Living Lab Natuurinclusieve Landbouw in Fryslân, organiseren op 6 december een online bijeenkomst over de verwaarding van grasmelk.
Een interessante bijeenkomst waar de volgende vragen centraal staan:
- Wat is de invloed van kruidenrijk gras op de vetzuursamenstelling in de melk?
- Hoe kun je hier als melkveehouder op sturen?
- En: hoe kun je deze economisch verwaarden?
Klik hier en lees meer in de uitnodiging De Verwaarding van grasmelk. Aanmelden kan tot 3 december, via de link in de bijlage.
Vandaag, 15 november 2021, zijn de resultaten van het predatieonderzoek van afgelopen seizoen besproken met Provincie Overijssel, Faunabeheereenheden Overijssel, Collectief Noord West Overijssel en Collectief Midden Overijssel. In midden Overijssel heeft dit onderzoek plaatsgevonden in Lierderbroek.
Voor de uitvoering van een GLB pilot “Boeren in en nabij N2000” zijn wij per direct op zoek naar een deelprojectleider. Nieuwsgierig? Klik hier voor meer informatie.
Update de vacature is inmiddels ingevuld.
In navolging op de succesvolle NIL-bijeenkomsten (Natuur Inclusieve Landbouw) van begin 2020 heeft het collectief 7 bijeenkomsten georganiseerd met verschillende thema’s.
Bekijk hier het overzicht van de zomerbijeenkomsten 2021 en geef u op. U bent van harte welkom!
In het pilotproject Akkervogelbeheer Bergentheim-Kloosterhaar-Sibculo zijn we samen met de deelnemende agrariërs aan het onderzoeken hoe akkervogelmaatregelen kunnen worden ingepast in het landbouwgebied tussen Kloosterhaar, Bergentheim en Sibculo. In deze pilot kunnen agrariërs kennismaken met de uitvoering van beheeractiviteiten en wordt samen onderzocht waar de voor- en nadelen zitten met betrekking tot inpasbaarheid in de bedrijfsvoering. Dit geeft waardevolle informatie om het akkervogelbeheer naar een hoger niveau te tillen en mogelijk meer in het gebied te laten integreren.
Zie deze film voor een korte impressie van het project.
Eind oktober kwam de Boerenlandvogelbalans 2020 uit. De balans schetst de ontwikkelingen van weidevogels, akkervogels en vogels van kleinschalig cultuurlandschap. De leaflet kunt u hier terug vinden.
Klik hier voor de gehele brochure van de Boerenlandvogelbalans 2020.